op ‘e fyts II…

Het is kwart over acht, als ik wegfiets bij Dickerentoos. Na ’n erg vochtige nacht, een drinkontbijt, een warme douche en nog géén koffie. Langs de Stobbenpoel gaat ’t naar Tronde. Langs het ‘Diakonievene’ en langs de Delleburen kom ik vervolgens langs de Tsjonger. In ’t Tolheksbos stop ik even bij de grote zwerfkei, voor een plas en ’n foto. In Nieuwehorne hoop ik bij de Coöp op ’n bakje. Niet dus. Wel ’n zak mueslibollen en een pakje gesneden geitenkaas… Alles is verder dicht op deze maandagmorgen. De behoefte aan caffeïne begint nu op te spelen en snel fiets ik verder naar Bontebok. Hier, maar ook in Langezwaag, Nieuwevaart en vervolgens Luxwoude geen koffie. Fietsen hier is trouwens goed geregeld via de knooppunten. Je hoeft alleen de eerstvolgende nummertjes te onthouden. Bij de Deelen twijfel ik nog even of ik toch niet liever linksom ga. Maar de zin in koffie wint ’t en dus de kortste weg naar Aldeboarn. Alwaar café ‘Moeke de Bruyn’ ook al dicht is. #@%&!! Het komt erop neer, dat ik in Akkrum, op tweederde van de tocht pas aan een bakje zit. Mét appelpunt, dat dan weer wel. Na Akkrum volgt Jirnsum, na een col van de vierde categorie, de brug over het Prinses Margrietkanaal. Er komt een donkere lucht aan en er wordt gestopt voor ’n broodje. Van Jirnsum fiets ik naar Flansum (we zitten duidelijk in de -ummen streek). Raerd is ’n schilderachtig dorp en ik kijk nog even bij de Jongemastate voordat ik via Dillesyl, Easterwierum en Klaeiterp in Wiuwerd stop. In de kerk van Wiuwerd is een grafkelder met mummies, die ik wel even wil zien. Na deze religieuze onderbreking is ’t weer tijd voor wat kilometers. Ik ruik de stal en hiermee wordt de zeurende knie ook ’n stuk draaglijker. Britswerd, Kromwâl, Itens, Skrok en Syns (nog even kiek ’n in de fûgelhut) worden gepasseerd en tegen half vijf fiets ik Wommels binnen. Met ’n bokbiertje zak ik onderuit op ’n bankje voor de Stapert.